Je stofwisseling
Je kunt je lichaam zien als een machine. Voor alles wat het doet is brandstof (energie) nodig. De benodigde energie wordt gehaald uit koolhydraten, eiwitten en vetten in de voeding. De stofwisseling gaat snel als we veel verbranden. Bijvoorbeeld tijdens het sporten of werken. Tijdens de slaap vertraagd de stofwisseling, je lichaam gaat over op de spaarstand en zal dus minder energie verbranden.
Soms merk je dat je stofwisseling trager wordt. Een trage stofwisseling kan zorgen voor overgewicht of een opgeblazen gevoel. Hoe snel je stofwisseling is, wordt voor een groot deel erfelijk bepaald. Ook je levensfase bepaald hoe snel je stofwisseling is. Kon je vroeger alles eten, maar kom je nu toch ineens gewicht aan?
Je lijf verandert
In de loop der jaren verandert je lijf, zélfs als je niet in gewicht aankomt. Dat komt omdat je stofwisseling bij het ouder worden langzamer wordt. Je hebt in feite steeds minder calorieën nodig: tussen de 20 en 30 jaar heb je 2200 kcal nodig, tussen de 30 en 40 is dat 2000 kcal en boven de 40 is dat nog maar 1900 kcal per dag. Bovendien verandert je lichaam van samenstelling als je ouder wordt. De spiermassa wordt minder en je krijgt meer vetweefsel. Vanaf een jaar of dertig wordt dat extra vet steeds duidelijker zichtbaar, vooral op de billen, heupen en buik. Daar kun je wel wat aan doen!
Je leven verandert
Als je boven de dertig bent, verandert er meestal veel in je leven. Je vindt een vaste partner, een baan en vaak komen er kinderen. Die nieuwe leefstijl heeft ook gevolgen voor je gewicht! Want ga maar na: minder tijd voor sporten, zwangerschapskilo’s die maar niet verdwijnen, gezellig samen voor de tv met een hapje en een drankje…
In de overgang
Afvallen in de overgang wordt extra lastig. De hormoonverschuivingen hebben gevolgen voor lichaam én geest. Je hebt meer trek in tussendoortjes en je bent soms ook doodmoe, zodat je niet aan sporten wilt denken. Bovendien daalt de stofwisseling nog een beetje. Als je dan niet oplet, vliegen de kilo’s er aan.
Beweeg meer
Meer spierweefsel zorgt voor een snelle stofwisseling en voorkomt dat vet zich in het lichaam kan gaan opstapelen. In je ruststofwisseling (als je niet aan het sporten enz. bent) verbrand je 60 tot 75% van je dagelijkse energie. Een belangrijke factor die de hoogte van je ruststofwisseling bepaald is je spiermassa. Verlies van spiermassa betekent een tragere stofwisseling. Door te sporten bouw je juist je spiermassa op.
Ieder mens heeft zijn eigen stofwisseling.
We kennen allemaal geluksvogels die alles kunnen eten wat ze willen, zonder een gram aan te komen. Deze mensen hebben hoogstwaarschijnlijk een stofwisseling die niet erg efficiënt met calorieën omgaat. Er zijn (helaas) ook mensen bij wie de stofwisseling veel efficiënter met calorieën omgaat. Ze komen veel sneller in gewicht aan én het is moeilijker voor hen om af te vallen.
Voorkom het jojo-effect
Diëten met weinig calorieën kunnen ervoor zorgen dat door het uithongeren van het lichaam, het lichaam efficiënter om gaat met energie (de spaarstand). Met als gevolg dat je weer aankomt als je na het dieet evenveel gaat eten als voor het dieet (jojo-effect). Dit komt omdat je lichaam langzamer energie is gaan verbranden.
Zijn alle calorieën hetzelfde?
Vetarm eten om af te vallen lijkt een goed idee, maar in veel gevallen worden de vetten (onbewust) vervangen door suikers, waardoor je nog steeds een grote hoeveelheid (snelle) calorieën binnenkrijgt. Voor veel mensen zijn suikers en snelle koolhydraten echte dikmakers. Dit zijn bijvoorbeeld: suikers, vruchtensappen, witbrood, witte rijst, pasta’s of aardappelen. Deze zijn alleen nuttig voor sporters die snel energie nodig hebben, maar niet voor mensen die willen afvallen en weinig beweging krijgen. Het lichaam zal bij deze mensen de snelle calorieën omzetten in vet.
Toch afvallen, zonder te weinig calorieën:
Om er toch voor te zorgen dat je wel voldoende energie binnenkrijgt maar niet te veel snelle koolhydraten, is het verstandig te kiezen voor voedingstoffen die je lichaam minder snel verbrand zoals eiwitrijke voeding. Bij voorkeur pure, koolhydraatarme voeding, zonder toegevoegde suikers.